Koolstof zit in alles

Koolstof is een scheikundig element en wordt aangeduid met de letter C. Het komt in de natuur voor in onder andere diamant en grafiet en zelfs in alle levende organismen. Koolstof kan chemische verbindingen aangaan, met zichzelf maar ook met andere elementen. Dat maakt het een zeer veelzijdig element dat vele toepassingen kent. Zo wordt het onder andere gemengd met ijzererts om staal harder te maken en wordt grafiet gebruikt om potloden van te maken.

Eigenschappen van koolstof

Een van de belangrijkste eigenschappen van koolstof is dat het erg sterk is, licht van gewicht en tegen een stootje kan. Het is dan ook niet verwonderlijk dat het veel gebruikt wordt om constructies te verstevigen. Het wordt onder andere gebruikt in de bouw bij het verstevigen van beton, bij het bouwen van boten en vliegtuigen en voor het maken van sportartikelen, zoals bijvoorbeeld een racefiets.

 

Het maken van koolstof weefsels

Maar om koolstof op deze manier te kunnen gebruiken zullen er eerst koolstofvezels van gemaakt moeten worden. Dat dan door middel van een proces waarbij acryl vezels door middel van extreme verhitting worden verkoold. De vezels die ontstaan zijn erg dun en moeten dan ook gebundeld worden tot een soort garen van koolstof. Per draad zullen duizenden vezels bij elkaar worden gevoegd. Pas dan kan het verwerkt worden tot het materiaal waarmee constructies kunnen worden verstevigd. De vezels kunnen worden verwerkt tot onder andere geweven doeken en banden, multi-layer doeken en banden, niet geweven koolstof materialen en design weefsels.